NCad advies Genetisch gemodificeerde dieren in voorraad gedood
Volg de nieuwe technologische ontwikkelingen op de voet en leidt deze in goede banen. Verplicht instellingen om fokcoördinatoren aan te stellen die toezien op de kwaliteit en het gebruik van de toegepaste technologie bij proefdieren. Dat is het advies van het Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (NCad) aan de Staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken. Het NCad geeft in haar advies daarnaast handvatten om een betere afstemming van vraag en aanbod van dieren mogelijk te maken.
De nieuwe technologische ontwikkelingen bieden volgens het NCad veel kansen op vermindering van het aantal in voorraad gedode dieren. Het NCad adviseert de Staatssecretaris en alle partijen in de proefdierketen daarom volop in te zetten op een zorgvuldige toepassing en doorontwikkeling van deze technieken en het monitoren van de effecten op het aantal in voorraad gedode dieren. Dit vereist naast een goede registratie en nauwkeurige analyse van gegevens, nauwe samenwerking tussen instituten en het delen van expertise en best practices.
De nieuwe innovatieve technologie om genetische gemodificeerde dieren te maken, ‘genome-editing’, vervangt in toenemende mate de klassieke transgenese technologie. Naar verwachting maakt deze nieuwe technologie het mogelijk om met minder dieren dan tot nu toe het geval is een voor het experiment toegesneden genetisch veranderd dier te maken.
Echter, deze technologie maakt het ook mogelijk om van andere diersoorten dan de muis en zebravis genetisch gemodificeerde dieren te maken. Daardoor kan het proefdiergebruik in het algemeen en ook het gebruik van andere diersoorten gaan stijgen. Dit levert spanning op met de maatschappelijke wens om het proefdiergebruik verder te verminderen. Het NCad roept daarom op om aan de hand van concrete voorbeelden een open debat te organiseren over de toepassing van transgene technologie.
In antwoord op de door de Staatssecretaris gestelde vragen doet het NCad aanbevelingen hoe verdere kwaliteitsborging kan worden gerealiseerd. Het advies geeft tevens efficiëntie-criteria waarmee het aantal dieren dat in voorraad wordt gedood gereduceerd kan worden. Bestaande kwaliteitscriteria dienen geoptimaliseerd te worden, waarbij de pioniers in dit veld het voortouw kunnen nemen.
Ook doet het NCad aanbevelingen om bij de vergunningverlening aandacht te besteden aan het aantal in voorraad gedode dieren. Dat aantal kan verminderd worden door een zorgvuldige geslachtskeuze. Ook spelen leeftijds- c.q. gewichtsgrenzen een rol bij de beslissing om een proefdier in voorraad te doden. Deze grenzen moeten niet onnodig krap worden gekozen.